Hoe zien de plannen eruit

Het plan van het Museum en de gemeente bestaat uit twee delen: het verbouwen van het museum zelf, en het aanpassen van de omgeving, het Agathaplein.

De directeur van het museum, Janelle Moerman, vind dat de bereikbaarheid en zichtbaarheid van het museum te wensen overlaat en wil de bereikbaarheid vergroten. Daarnaast moet er meer plaats voor horeca komen.

Daarom wordt de huidige ingang van het museum weggehaald. De poort die vlak bij de ingang staat wordt gesloopt, en het huis dat boven de poort zit verdwijnt. Het onderste deel van de poort aan de Oude Delft  blijft behouden, maar er komt een glazen of messing overhangend restaurant boven, met uitzicht op de Oude Kerk. Dat restaurant is te bereiken via de Waalse Kerk, de kerk die in het museum zit. In de kerk wordt een soort luchtbrug geplaatst, waarlangs je naar het restaurant kan lopen. Daarvoor moet wel het Orgel verdwijnen en de ruimte kan niet meer als kerk gebruikt worden.

Nu zit de ingang van het museum eigenlijk aan de zijkant, die wordt verplaatst naar de voorkant. Een deel van de oude gevel met ramen wordt gesloopt, en vervangen door een messing gevel met daarin de nieuwe ingang, door de architect ‘Koninklijke Entree’ genoemd. Van daaruit komt er een loopbrug die loopt naar de ruimte waar nu de tuin is met het beeld van Willem van Oranje daarop. Deze historische bemuurde tuin gaat verdwijnen. De hele ruimte wordt vervangen door een groot verhoogd grasveld dat het hele Agathaplein zal beslaan. Aan de zijkant komt een nieuwe ‘bloemrijke kloostertuin’. Het liefst zou de architect het hek richting de Phoenixstraat ook weghalen, maar dat ging zelfs de gemeente te ver…

Naast de wijzigingen aan de ingang en in de Waalse Kerk wordt de binnenkant van het museum ook flink aangepast. Dat varieert tot het volstorten van historische kelders om hoogteverschillen weg te werken, tot het openbreken van muren om grote zalen te creëren.

Het volledige plan zoals dat vorig jaar is gepresenteerd is hier te downloaden.